Definitieve cijfers afbouw salderingsregeling

6 april 2020

Recent heeft de minister van Economische Zaken en Klimaat de Tweede Kamer per brief nader geïnformeerd over het afbouwen van de salderingsregeling en het bijbehorende concept-wetsvoorstel tot wijziging van de Wet belastingen op milieugrondslag en de Elektriciteitswet 1998. 

De invoeding van elektriciteit door kleinverbruikers op het net wordt vanaf 1 januari 2023 niet langer volledig tegen hun afname van elektriciteit van het net gesaldeerd. In plaats daarvan wordt nog een percentage van de elektriciteit, die op het net wordt ingevoed, gesaldeerd met de afname van het net via dezelfde aansluiting. Het percentage wordt geleidelijk afgebouwd naar nul op 1 januari 2031. De minister heeft nu, in tabelvorm, zowel het eerdere indicatieve als het definitieve afbouwpad weergegeven.

Afbouw percentage

2022

2023

2024

2025

2026

2027

2028

2029

2030

2031

Indicatief

100%

89%

78%

67%

56%

45%

34%

23%

11%

0%

Definitief

100%

91%

82%

73%

64%

55%

46%

37%

28%

0%

Niet alleen de salderings-regeling in de energiebelasting wordt afgebouwd, maar ook die in de Elektriciteitswet 1998 en wel in gelijke mate. Daardoor komt voor een groeiend deel van de elektriciteit die een kleinverbruiker ‘teruglevert’ de opbrengst uitsluitend te bestaan uit de vergoeding die de energieleverancier daarvoor geeft.

De leverancier wordt verplicht om een redelijke vergoeding te betalen voor de ‘teruggeleverde’ elektriciteit die niet langer voor saldering in aanmerking komt. De minister heeft nu aangegeven het voornemen te hebben om “het wettelijk minimum vast te stellen op 80% van het leveringstarief dat de kleinverbruiker heeft afgesproken met zijn/haar energieleverancier, exclusief belastingen.”.

Tot slot kondigt de minister aan het inmiddels bijgewerkte wetsvoorstel op korte termijn voor advies aan de Raad van State voor te leggen en ernaar te streven het voor het zomerreces aan te bieden aan de Tweede Kamer.