Geen vrijstelling EB-ODE perslucht metallurgische procedés

17 april 2020

Het Gerechtshof Arnhem – Leeuwarden heeft op 10 maart jl. geoordeeld dat de vrijstelling van energiebelasting (EB) ter zake van de levering of het verbruik van elektriciteit die wordt gebruikt voor metallurgische procedés gedeeltelijk van toepassing is in de situatie waarin een zinklaag wordt aangebracht op aluminium.

Daarbij wordt vloeibare zink met behulp van een compressor onder hoge druk op het aluminium gespoten door een zink-spray installatie. De hechting van het zink aan het aluminium berust op diffusie. Voor zover de elektriciteit wordt gebruikt voor de compressoren oordeelt het Hof echter dat dit geen deel uitmaakt van het metallurgisch procedé. Het Hof motiveert dat met een verwijzing naar de uitspraak van het Europese Hof van Justitie met betrekking tot een staalfabriek. In die zaak oordeelde het HvJ EU dat, ondanks de noodzakelijkheid voor het chemische reductieproces, elektriciteit die wordt verbruikt door de compressoren niet voornamelijk wordt gebruikt voor chemische reductie.

Het Gerechtshof wijkt met deze uitspraak af van het eerdere oordeel van de Rechtbank dat er in het kader van het onderhavige procedé een directe band tussen de door de compressoren verbruikte elektriciteit en de hechting van het zink aan het aluminium (de diffusie) was. Gelet hierop was de Rechtbank wel van oordeel dat ook de elektriciteit voor de compressoren onder de vrijstelling voor metallurgische procedés valt.

Commentaar

Naar onze mening zijn er goede aanknopingspunten om het oordeel van het Hof aan te vechten. Ecolegis kan u adviseren over de toepassing van deze vrijstelling voor metallurgische procedés.