Uitstel EB en ODE ivm Coronacrisis

15 april 2020

De staatssecretaris van Financiën – Fiscaliteit en Belastingdienst heeft de Tweede Kamer geïnformeerd over het Beleidsbesluit fiscale maatregelen coronavirus. Dat Beleidsbesluit zal binnenkort in de Staatscourant worden gepubliceerd. Vooruitlopend daarop is het alvast op de website van het Ministerie van Financiën geplaatst.

Voor wat betreft de EB en de ODE staat in het Beleidsbesluit dat de huidige bijzondere omstandigheden aanleiding geven om goed te keuren dat onder voorwaarden soepeler mag worden omgegaan met het tijdstip van verschuldigdheid dat is geregeld in artikel 56, eerste en derde lid, Wet belastingen op milieugrondslag (Wbm), waarbij vier situaties worden onderscheiden. De beschrijving van de vier situaties en de goedkeuring voor (delen van) die situaties zijn in afzonderlijke onderdelen opgenomen.

Het gaat om de volgende situaties:

  1. “Voorschot en eindfactuur per kalendermaand;
  2. Geen voorschot, wel factuur;
  3. Geen voorschot, geen factuur, wel levering;
  4. Geen voorschot, geen factuur, geen levering, wel verbruik”.

Het tijdstip van verschuldigdheid van de EB/ODE (en de BTW over de EB/ODE) over de betreffende leveringen, dan wel het verbruik, in de maanden april 2020, mei 2020 en juni 2020 mag worden uitgesteld tot uiterlijk 1 november 2020.

We merken het volgende op:

  1. Zoals volgt uit de opsomming van de situaties, geldt de goedkeuring niet voor situaties waarin voorschotten worden gevolgd door een eindafrekening die op een langere periode dan een maand ziet, hetgeen gebruikelijk is bij huishoudens en kleinere bedrijven (die normaliter eenmaal per 12 maanden een eindfactuur ontvangen waarbij de voorschotten worden verrekend).
  2. Toepassing van de goedkeuring door de EB-plichtigen is niet verplicht, naar wij hebben vernomen en ook kan worden opgemaakt uit het Beleidsbesluit.
  3. Aanvankelijk was aangekondigd dat het uitstel betrekking zou hebben op de EB/ODE die is verschuldigd vanwege levering en/of verbruik van elektriciteit en aardgas in de tweede, derde en vierde tariefschijf. Nu komt, in de genoemde situaties, ook de EB/ODE van de eerste tariefschijf voor het uitstel in aanmerking.
  4. Voor wat betreft de eerste situatie ligt het voor de hand dat de voorschotnota voor de levering in april 2020 reeds is uitgereikt. De voor deze situatie geldende voorwaarde dat op de voorschotnota geen bedrag voor de EB en de ODE, noch de BTW hierover, is opgenomen, staat daarmee op gespannen voet.
  5. In de goedkeuring is geen aandacht besteed aan de toepassing van de EB-heffingskorting (belastingvermindering) in situaties waarin de verschuldigdheid van EB mag worden uitgesteld.